Mooi toch als je met drie ingrediënten een lekkere schotel kunt toveren. Hugh Fernley-Whittingstall heeft rond dit concept een prachtig kookboek gemaakt, dat ik al eens eerder vermeldde. Het heet Drie. De lekkerste drie-eenheid op het bord. Vandaag koos ik voor zijn makreelfilets. Als ik ze zie liggen bij de visboer, bezwijk ik iedere keer voor hun prachtige vel. Dus ja, makreelfilets mét vel. Ik volgde het recept vrij getrouw, maar voegde er een rode-uiensalade aan toe.
Voor 2:
4 à 8 makreelfilets, afhankelijk van hun grootte
6 banaansjalotjes, gepeld en gehalveerd
350 à 500 gr nieuwe aardappelen of krielaardappeltjes
3 laurierblaadjes
olijfolie
zeezout en zwarte peper
citroenpartjes voor erbij
Voor de rode-uiensalade:
1 grote rode ui
2 el bladpeterselie
citroensap naar smaak
zeezout
Verwarm de oven voor op 190°.
Was de krieltjes of schraap de nieuwe aardappeltjes schoon. Halveer ze of snij ze nog iets kleiner.
Voor de rode-uiensalade snij je een rode ui in zeer dunne schijfjes, met de mandoline bijv. Doe er enkele eetlepels gehakte bladpeterselie bij en knijp er een flinke scheut citroensap over, met wat zeezout. Zet koel weg.
Leg de aardappeltjes en sjalotjes in een ovenschotel. Voeg wat olijfolie, laurierblaadjes en flink wat zout en peper toe en schep alles om.
Zet ze 40 minuten in de oven en schep halverwege nog eens goed om.
Strijk de makreelfilets in met olijfolie en maal er wat zout en peper over. Zet de oven iets hoger, 200°. Leg de visfilets tussen de groenten en laat alles nog 6 à 8 minuten verder bakken.
Dien op met citroenpartjes.
Lekker met een groene salade of een salade van rode uien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.